Nog ééntje dan!
Als eerste hebben we een bezoek gebracht aan een wokpannenfabriek net buiten Dhaka. Meneer de directeur is in een uiterst vrolijke stemming en begeleid ons door het hele gebouw. Onderweg verteld hij dat hij over twee maanden gaat trouwen maar nog niet weet met wie!? Zijn moeder en zus zijn druk op zoek naar 'iets' van een vrouw en dat zal zeker goed gaan komen. Althans, hij lacht er in ieder geval niet minder om. Na een kleine lunch neemt hij ons mee naar Rajbar. Een prachtig paleis waar 'gewone' stervelingen niet mogen komen maar aan de zijde van de aanstaande bruidegom gaan alle deuren voor ons open. Echt heel speciaal.
We verlaten het paleis aan de achterkant en worden direct weer geconfronteerd met de armoede in dit land. Via een weg vol gaten, kloven en bedelende Bengalen trekken we verder naar een werkplaats van een waar kunstenaar. De man maakt van kaarsvet en klei een mal die hij vervolgens met koper vult. De meest mooie beelden komen van zijn hand maar krijgt daar zelf bijna niets voor. De lieve man heeft ooit een contract getekend om tot zijn pensioen voor deze fabriek te werken en heeft hierdoor de eigenaar al een aardig fortuin opgeleverd. De arme man brengt ons op een idee en na werktijd bezoeken we zijn thuis. Voor dit 'goede' idee moeten we wel een uurtje om rijden en gaan er heel wat telefoongesprekken aan vooraf maar het is het zeker waard. Na een kop thee besluiten we allemaal een beeld te kopen en zijn wij zo'n 30 euro lichter. De koperen beelden verbleken bij de enorme glimlach van de man want hiervoor moet hij in de fabriek zo'n drie maanden werken.
De dag loopt al aardig op zijn eind maar voordat er gegeten kan worden moeten we eerst nog drie studentes uit Nederland van het vliegveld halen. Na een korte kennismaking gaan we op jacht naar een geldautomaat. De eerste drie banken doen even niet mee en bij de vierde bank is de ellende compleet! De pas gaat nog wel het apparaat in maar daar blijft het dan ook bij. Het is ondertussen een uurtje of elf 's avond en dat zijn nou niet echt tijden om eens even lekker achter je pasje aan te gaan. Heel wat telefoontikken verder weten we dat het ongeveer vier dagen gaat duren maar is er wel cash voor ons avondmaal. Doodmoe zitten we aan de rotti midden op straat (smaakt overigens geweldig).
De volgende dag gaat de speurtocht naar geld verder. Een bevriende taxichauffeur breng ons net buiten de stad naar een bank die wel werkt. Alle vijf trekken we het apparaat helemaal leeg en gaan met een zak vol Taka's richting het oude Dhaka. We nemen afscheid van de taxi, stappen in de Tempo dieper de stad in. Het laatste stuk gaat met een riksja want ondertussen zijn de straatjes zo smal dat 'groot' vervoer hier niet echt welkom is. Mooi is het er niet maar de stalletjes en kraampjes zijn een lust voor het oog. In Hartje Dhaka eten we iets (met de nadruk op iets want ik heb geen flauw idee wat het is, of wat het was).
De temperatuur is weer vanouds en we besluiten het water op te gaan. Voor nog geen vijf Euro bekijken we de stad vanaf een soort van bootje. Op het water is het misschien nog wel drukker dan in de stad, duizenden bootjes krioelen door en langs elkaar. Na een tijdje houden we het voor gezien en besluiten we de laatste uren van mijn avontuur 'shoppend' door te brengen. De overige vier dames hebben in elke winkel veel bekijks maar ik in mijn Bengaalse kostuum en met mijn bruine (lees: vuile) koppie shop er ongestoord op los. Alles wat fout is gaat mee naar huis, al is het alleen maar om Erwin te pesten :-)
Uitgedroogd door het stof, zwart van de uitlaatgassen en stinkend naar de stad komen we aan bij het Christian Commission for Development in Bangladesh (CCDB). Een hele mond vol maar het is mijn laatste slaapplaats en ze hebben er warm water, geen muggen en internet. Halleluja!
Morgen vlieg ik terug en verlaat ik, na twee chaotische maar hele twee bijzondere weken, een prachtig land. De mensen zijn er gastvrij, nieuwsgierig en ontzettend lief. Beetje bij beetje, en zeker door de inspanningen van Niketan, wordt het welzijn voor de ruim 140 miljoen mensen, en met name de gehandicapte kinderen, gelukkig iets beter. Ik ga de kinderen zeker missen; zelden zulke lieve kinderen gezien en zelden zo gelachen. Ik ga Antoinette missen; een supermens die goed zorgt voor alles en iedereen en ik ga natuurlijk alle inwoners van het dorp missen (behalve de Imam met zijn Moskee toeter). Kus!
Reacties
Reacties
Hoi Mas,
Goede reis terug.
Ik vlieg volgende week over Dhaka naar Singapore. Na al die verhalen van je is die stad nu wel iets meer dan een stip op mijn (vlieg)kaart :-)
Goede reis terug naar huis.
Liefs, Edith
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}